Algemene beschrijving
Het begeleiden van interacties draait om het faciliteren van de (verbale en non-verbale) communicatie tussen de kinderen onderling.
Belang voor kinderen
Omdat de onderlinge interactie tussen kinderen een positief en een negatief effect kunnen hebben op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen is het belangrijk dat deze goed wordt begeleid zodat voor een positief effect op de sociaal-emotionele ontwikkeling gezorgd kan worden. Het begeleiden van interacties kan leiden tot een prettige en positieve sfeer op de groep. Deze sfeer maakt dat een kind zich veilig voelt en zo open staat voor ontwikkeling.
Begeleiden van interacties in het handelen
Het begeleiden van interacties kan leiden tot vriendschappen tussen kinderen. Deze vriendschappen zijn voor kinderen waardevol omdat het plezier geeft en emotionele veiligheid. Het spel tussen vrienden is vaak van een hoger niveau. Ook heeft het hebben van vrienden op een jonge leeftijd een positieve invloed op de cognitieve ontwikkeling, het schoolsucces, de sociale competenties en het gevoel van eigenwaarde.
Ook hier geldt weer dat de pedagogisch medewerker een voorbeeldrol heeft in de omgang met anderen. Zorg er dus als pedagogisch medewerker voor dat je een goed voorbeeld voorleeft.
Om interactie te laten doen ontstaan is het belangrijk dat de omgeving uitnodigt tot spel. Hierbij kan gedacht worden aan hoeken die uitnodigen tot doen-alsof spel en attributen en verkleedkleren waarmee kinderen bepaalde rollen kunnen spelen. Ook het ophangen van foto’s die gemaakt zijn tijdens gezamenlijke activiteiten kunnen het groepsgevoel vergroten. Vergeet dan ook niet tijdens dit soort activiteiten om het vast te leggen.
Rituelen die samen worden gedaan vergroten het groepsgevoel. Geef de kinderen de ruimte om rituelen te laten ontstaan. Bijvoorbeeld wanneer er een nieuw kindje op de groep komt. Zorg dat het kindje, indien het dit zelf ook leuk vindt, wordt voorgesteld aan de groep, bijvoorbeeld in de kring.
Het versterken van positieve interacties kan door de aandacht daarop te leggen. Zie je een kindje een ander verdrietig kindje troosten of gewoon een knuffel geven, benoem dan wat je ziet. Zoals eerder verteld wordt gedrag dat wordt aangemoedigd versterkt.
Ondersteun kinderen ook bij botsingen en conflicten. Op deze manier leren kinderen wat het effect is van hun handelen. Deze ondersteuning kan bestaan uit het helpen bij het uitpraten van een conflict of het zoeken naar oplossingen. Sta hierbij open voor de input van de kinderen.
Situatieschets begeleiden van interacties
Een kindje is verdrietig en je bent het aan het troosten. Er komt een ander kindje nieuwsgierig bijstaan en je benoemt dat. Ook benoem je dat het kindje verdrietig is en dat het een knuffel nodig had. Je ziet dat het kindje dat erbij komt staan ook het kindje wil troosten, je laat het kindje ook een knuffel geven en kijkt naar het verdrietige kindje wat het ervan vindt, deze begint alweer langzaam te lachen en kan de knuffel wel waarderen.